Interview met Flo en Laurien over de stap van school naar werk
NOOZO – Vlaamse adviesraad handicap en Handicap en Arbeid schreven een advies over de stap van school naar werk. Aan de hand van een breed participatietraject verzamelden we de ervaringen van jongeren met een handicap en hun ouders. Wij interviewden Flo (sales development representative) en Laurien (studente Sociaal Werk) over hun overstap van school naar werk.
Kunnen jullie jezelf eens voorstellen?
Flo: “Ik ben Flo, sales development representative bij een klein particulier bedrijf. Een jaar geleden rondde ik mijn graduaat in Marketing- en Communicatiesupport af. Daarvoor volgde ik een graduaat Maatschappelijk Werk.”
Laurien: “Ik ben Laurien. Momenteel zit ik in het tweede jaar van de bachelor Sociaal Werk. Ik volg een langer traject van vier jaar, in plaats van drie jaar. Ik ben van plan om hierna nog verder te studeren en mijn master te behalen.”
Hoe is de ondersteuning vanuit het onderwijs bij de zoektocht naar werk?
Flo: “In mijn eerste opleiding heb ik volledig mijn plan moeten trekken. Ik wist niet wat er mogelijk was en kreeg te weinig ondersteuning. Ik wist bijvoorbeeld niet hoe ik een stage kon aanvragen.”
Krijgen jullie voldoende informatie, bijvoorbeeld over je recht op redelijke aanpassingen?
Laurien: “Vaak loopt het stroef. Ik heb een stageplek gevonden voor mijn opleiding Sociaal Werk. Voor mij is dat niet zo gemakkelijk als voor mijn medestudenten. Op sommige vlakken werkte het goed en gaven ze gemakkelijk aanpassingen, maar op andere vlakken loopt het stroef. Er is wel iemand om je te helpen, maar je wordt vaak doorverwezen naar andere mensen waardoor je opnieuw terechtkomt bij de eerste persoon. Niet iedereen neemt je zorgen even serieus.”
“Niet iedereen neemt je zorgen even serieus.”
Laurien: “De procedure is niet altijd duidelijk. De docenten weten niet hoe ze ermee moeten omgaan. Soms loopt het fout. Daarom heb ik nu dezelfde stageplek als vorig jaar. Ik had liever iets anders gedaan.”
Zijn jullie in contact gekomen met VDAB en GTB? Hoe hebben ze je kunnen helpen?
Flo: “Eigenlijk moet je je zo snel mogelijk inschrijven bij VDAB nadat je bent afgestudeerd, maar dat wist ik initieel niet. Ik deed ondertussen opnieuw een studentenjob. Om ook te kunnen werken na die studentenjob, wilde ik mij inschrijven bij VDAB. Ik wilde aantonen dat ik afgestudeerd was, maar nog een tijdje mocht werken als student. Dat lukte niet. Uiteindelijk moest ik bellen naar VDAB om een afspraak vast te leggen. Op die afspraak vertelden ze mij dat ze mij zouden doorverwijzen naar een intensievere dienstverlening in een andere stad. Ondertussen had ik al twee keer mijn verhaal moeten doen. De consulent van de intensievere dienstverlening verwees mij ook door naar GTB, waardoor ik zowel een consulent bij de VDAB als bij GTB kreeg. Ik moest voor een derde keer mijn verhaal doen.”
“Ik moest voor een derde keer mijn verhaal doen.”
Flo: “De consulent bij VDAB heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat mijn werkgever individueel maatwerk kon aanvragen. Dat werd onmiddellijk geregeld. Ook mijn consulent bij GTB was meteen op de hoogte. Ik ben heel tevreden dat dat uiteindelijk zo snel geregeld kon worden. Daar ben ik heel tevreden mee.”
Waren jullie op de hoogte van waar je recht op hebt? En waar haalde je informatie?
Flo: “Mijn VDAB-consulent vertelde mij dat ik recht op individueel maatwerk had. Ik vond het wel lastig dat ik dat zelf moest melden aan mijn baas. Ik had het fijn gevonden als werkgevers zelf op de hoogte waren. Ik heb een goede band met mijn baas en bij het tekenen van mijn contract heb ik hem onmiddellijk verteld dat ik recht heb op individueel maatwerk. Veel meer kon ik hem ook niet vertellen, want ik kende het principe zelf niet voldoende.”
Laurien: “Op school is dat ook zo: je krijgt wel een flyer mee maar die zegt weinig over je effectieve rechten. Zelf vind ik daar weinig informatie over. Op school missen ze soms ook de kennis om mij bij te staan bij die specifieke situaties.”
Flo: “Er bestaat precies nog geen concreet antwoord op de noden die wij soms hebben.”
Laurien: “Mensen denken dat ze weten welk soort jobs ik kan doen. Ze houden dan geen rekening met wie ik ben als persoon, met wat ik leuk vind om te doen en wat mijn sterke kanten zijn. Ze zien dat ik een rolstoel gebruik en maken dan conclusies die niet kloppen.”
“Mensen denken dat ze weten welk soort jobs ik kan doen. Maar dan houden ze geen rekening met wie ik ben als persoon, met wat ik leuk vind om te doen en wat mijn sterke kanten zijn.”
Wat zijn jullie positieve ervaringen op de werkvloer?
Laurien: “Vorig jaar heb ik mijn animatorstage gedaan op een speelplein. Deze zomer ga ik terug naar daar. Ik vind het een heel leuke plek, want ze houden echt rekening met mij. Ze gaan nergens vanuit, maar vragen of iets lukt of niet lukt. Dat vind ik fijn, want sommige dagen lukt iets wel en andere dagen niet. Je weet dat niet altijd. Ze hebben ook gezegd dat ik het mag aangeven als iets niet kan, dus dat doe ik dan ook.”
“Zij keken niet naar mijn handicap, maar naar mij.”
Flo: “Mijn stage bij de gemeente Eindhoven was echt de beste stage ooit. Zij keken niet naar mijn handicap, maar naar mij.”
Welke drempels ervaren jullie nog op de werkvloer?
Flo: “De voorbije maanden is alles goed gelopen, maar ik voel mij vaak onzeker of bang. Als het eens een dag wat minder gaat en ik haal mijn target niet van het aantal telefoons, voel ik mij schuldig naar mijn werkgever toe. Ik vind het soms moeilijk om te accepteren dat dat komt door zaken die ik zelf niet in de hand heb.”